Zusters en broeders,
Wat we hoorden in het evangelie was het einde van een visioen waarin Jezus het onheil beschrijft dat de aarde en de mens zal treffen. En wat Hij daarover zegt is geen fantasie en ook geen visioen, maar een werkelijkheid die er altijd al is geweest. De aarde bestaat immers al zo’n 4,5 miljard jaar en heeft altijd vulkaanuitbarstingen, overstromingen, vernietigende ijstijden en even vernietigende hittetijden gekend. Die kwellingen heeft ook de mens al bijna twee miljoen jaar moeten ondergaan. Hij heeft het alleen maar erger gemaakt door voor bijkomende kwellingen te zorgen: volkeren keerden zich tegen andere volkeren, het respect voor de samenleving en het milieu verdween, en de mens probeerde met allerlei middelen de natuur aan zich te onderwerpen.
Dat is vandaag niet anders. Het onheilsvisioen van Jezus slaat dus niet op de toekomst, maar op het heden. Want ook nu wordt de aarde geteisterd door natuurrampen. Die hebben pas Florida getroffen, en toen waren Valencia en het Indonesische eiland Flores al aan de beurt. Maar niet alleen de natuur, ook de mens wordt getroffen. Vrede en respect zijn meer en meer woorden die zelfs niet meer mogen worden uitgesproken in veel landen, want voor de machthebbers van die landen tellen alleen moord en doodslag op tegenstanders en op andere volkeren. En dat is nieuws van elke dag.
Is het beter in onze maatschappij? Ongetwijfeld is er veel liefde en inzet voor mensen die in nood verkeren. Misschien zelfs meer dan vroeger, maar er is ook veel haat, veel misdrijf, veel bedrog. Ook de Kerk gaat door duistere tijden. De schandalen blijven haar achtervolgen. Ze weigert pertinent Kerk van deze tijd te zijn en te aanvaarden dat alle mensen van gelijk welk geslacht of aard kinderen zijn van God, dus broers en zussen van elkaar. Tegelijk zien we dat de Kerk in Europe echt inkrimpt, dat de katholieken in veel landen vervolgd, gediscrimineerd, zelfs vermoord worden, en dat in Afrika de fanatieke islam met terroristische aanslagen en burgeroorlogen van het noorden oprukt naar het zuiden, en het christendom uitroeit.
Misschien vragen we ons dus af of we het einde van het geloof en van de Kerk meemaken. Nee, wij worden niet vervolgd en ook niet uitgemoord, maar het geloof zelf wordt door velen verworpen. We leven in een wereld waarin velen God niet kennen of niet willen kennen. God bestaat niet, is hun slogan. Zij hebben genoeg aan het leven als dusdanig Daar moeten ze het beste van maken door te streven naar een goed, gezond, rijk en ontspannen leven. En daarvoor is er geen God nodig, want die loopt toch maar in de weg. En als Hij dat niet doet, doet zijn Kerk dat wel.
Zusters en broeders, wil Jezus ons met zijn rampenvisioen angst aanjagen? Nee, dat wil Hij zeker niet doen. Hij wil precies het tegenovergestelde: Hij wil ons hoop geven. Dat doet Hij met het beeld van de vijgenboom: als zijn twijgen beginnen te botten is de zomer in aantocht, zegt Hij. De zomer van vrede, van respect, van geloof, hoop en liefde. En Hij eindigt met een bijzonder mooie belofte: ‘Hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen niet voorbijgaan,’ zegt Hij. En dat zijn woorden zijn woorden van liefde, vrede en gerechtigheid. Die zullen na elke chaos van oorlogen, burgeroorlog, terrorisme, wanhoop en ellende altijd opnieuw de bovenhand halen, zodat er altijd opnieuw zal gestreefd worden naar een nieuwe wereld. Een wereld zoals God die bij zijn schepping heeft bedoeld: een wereld van liefde, vrede en gerechtigheid. Amen.